Welkom

Op de website van het Nizinny Verbond Nederland. 

Fokreglement.

Rasspecifiek Fokreglement.

1. ALGEMEEN.
 1.1.      Dit reglement voor het Polski Owczarek Nizinny Verbond Nederland, hierna te noemen de vereniging beoogt bij te dragen aan de behartiging van de belangen van het ras Polski Owczarek Nizinny zoals deze zijn verwoord in de statuten en het huishoudelijk reglement van de vereniging. Dit Verenigingsfokreglement (VFR) is goedgekeurd door de algemene ledenvergadering van de vereniging op9 april 2017. Inhoudelijke aanpassingen van het VFR kunnen uitsluitend plaatsvinden met instemming van de algemene ledenvergadering van de vereniging.

1.2.        Dit Verenigingsfokreglement (VFR) geldt voor alle leden van de vereniging voor de Polski Owczarek Nizinny, woonachtig in Nederland.

1.3.        Het bestuur van de vereniging verplicht zich, de door de Algemene Vergadering van de Vereniging Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland vastgestelde wijzigingen van het Kynologisch Reglement (KR), die betrekking hebben op dit Verenigingsfokreglement, terstond hierin door te voeren. In tegenstelling tot het gestelde in artikel 1.1 behoeven deze wijzigingen niet de goedkeuring van de algemene ledenvergadering van de vereniging.

Dit ontslaat de individuele fokker niet van de plicht, zelf op de hoogte te zijn en te blijven van recente wijzigingen in het KR, ook als het bestuur van de vereniging hier in gebreke blijft.

1.4.        Voor wat betreft de omschrijving van de in dit VFR genoemde definities gelden de omschrijvingen zoals vastgelegd in het Huishoudelijk Reglement en het Kynologisch Reglement van de Vereniging Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland.

1.5.        Voor wat betreft de externe regelgeving gelden de regels zoals vastgelegd in het Huishoudelijk Reglement en het Kynologisch Reglement van de Vereniging Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland.

1.6.        Inschrijving van een nest in de Nederlandse stamboekhouding (NHSB) door de Vereniging Raad van Beheer op Kynologisch Gebied in Nederland vindt plaats conform de regels zoals vastgelegd in het Kynologisch Reglement.

2. FOKREGELS.

Artikel VIII.2 KR in samenhang met regels van de vereniging.

2.1.      Een teef mag niet worden gedekt door haar grootvader, haar vader, haar broer, haar zoon of haar kleinzoon.

Pups, voortgekomen uit één van de genoemde combinaties, zullen niet in het NHSB worden ingeschreven (Artikel VIII.2 KR en Artikel III.14 lid 1l KR)

Naast bovenstaande verwantschappen zijn ook de volgende combinaties niet toegestaan:

Een teef mag niet worden gedekt door haar half broer.

Beperking verwantschap: Combinaties waarbij in drie generaties (zichtbaar op stamboom) één of meer voorouders gedubbeld (of meer) zijn/worden, zijn niet toegestaan.

Uitleg over wat er bedoelt wordt bij artikel 2.1 van het verenigingsfokreglement (VFR).

Dit is de tekst die in het VFR staat vermeld bij art. 2.1:
Artikel VIII.2 KR in samenhang met regels van de vereniging.
2.1. Een teef mag niet worden gedekt door haar grootvader, haar vader, haar broer, haar zoon of haar kleinzoon.
Pups, voortgekomen uit één van de genoemde combinaties, zullen niet in het NHSB worden ingeschreven (Artikel VIII.2 KR en Artikel III.14 lid 1l KR)
Naast bovenstaande verwantschappen zijn ook de volgende combinaties niet toegestaan:
• Een teef mag niet worden gedekt door haar half broer.
• Beperking verwantschap: Combinaties waarbij in drie generaties (zichtbaar op stamboom) één of meer voorouders gedubbeld (of meer) zijn/worden, zijn niet toegestaan.

VOOR VERDERE UITLEG ZIE ONDERAAN DE PAGINA.

2.2.     Herhaalcombinaties:

Dezelfde oudercombinatie is maximaal 2 maal toegestaan.

2.3.     Minimum leeftijd reu:

De minimale leeftijd van de reu op de dag van de dekking moet tenminste 18 maanden zijn.

2.4.        Aantal dekkingen:

De reu mag maximaal 10 maal een nest voortbrengen binnen Nederland (ongeacht het aantal pups).

Als geslaagde dekking geldt een dekking waaruit minimaal één levende pup is voortgekomen en ingeschreven in het NHSB.

NB 1: In bijzondere omstandigheden zal een nest niet worden ingeschreven in het NHSB (artikel III.14 KR). Ook dan wordt uitgegaan van een geslaagde dekking.

NB 2: indien sperma wordt gebruikt van de reu voor kunstmatige inseminatie (KI), telt dit mee als een ‘dekking’.

2.5.      Cryptorchide en monorchide: cryptorchide of monorchide reuen zijn uitgesloten van de fokkerij.

2.6.      Gebruik buitenlandse dekreuen: Wanneer een lid van de vereniging voor een dekking een niet in Nederlands eigendom zijnde reu, welke wel staat ingeschreven in een door de FCI erkende stamboekhouding, wil gebruiken dan dient deze bij voorkeur te voldoen aan de gezondheidseisen zoals deze door de vereniging gesteld worden.

Daar nog niet elk land dezelfde regels en/of normen hanteert, dient de buitenlandse reu minimaal aan de volgende voorwaarden te voldoen:

a.    De reu moet zijn ingeschreven in een buitenlands stamboek van een FCI land, of een land dat door de FCI is erkend, conform het gestelde in artikel III.21 lid 2 KR;

b.    De uitslag van de in het betreffende land uitgevoerde gezondheidsonderzoeken en de kwaliteit van het onderzoek dienen vergelijkbaar te zijn met de onderzoeken zoals deze door de vereniging in dit VFR zijn opgenomen

c.    Aan de regels die in het land van herkomst gelden voor toelating van fokdieren.  

2.7.      Kunstmatige inseminatie (sperma van levende en/of overleden dekreuen): als een fokker voor een dekking het sperma gebruikt van een nog in leven zijnde/of overleden dekreu, dan gelden voor deze dekking de regels van dit Verenigingsfokreglement  alsof het een natuurlijke dekking van de dekreu betreft. 

2.8.      De dekking dient in principe op natuurlijke wijze plaats te vinden. Kunstmatige Inseminatie is voor een teef slechts één maal toegestaan, en dient bij het bestuur gemeld te worden middels het dekbericht van de vereniging. 

2.9.      Geboorte dient in principe op natuurlijke wijze plaats te hebben; indien onverhoopt een keizersnede heeft plaatsgevonden mag dit hoogstens twee maal gebeuren, daarna is de teef  voor het fokken uitgesloten. 

2.10.   De fokker zal zijn teef niet laten dekken door reuen die niet voldoen aan de eisen zoals gesteld in dit VFR. 

2.11.   De fokker dient afwijkingen van de rasstandaard in de nesten schriftelijk te melden bij het bestuur. 

2.12. De dekreu eigenaar zal zijn reu niet beschikbaar stellen aan teven die niet voldoen aan de eisen zoals gesteld in dit verenigingsfokregelement. Wanneer de dekreu eigenaar zijn reu beschikbaar stelt aan een teef buiten de vereniging, is de dekreu eigenaar verplicht om dit binnen 14 dagen na dekking schriftelijk te melden aan het bestuur. Dit schrijven dient vergezeld te gaan van kopieën van de onder 4.3 genoemde uitslag van de geldige H.D.- , oogonderzoeken, PRA rcd-4 en van een exterieurbeoordeling conform het gestelde in de artikelen 7.1 en 7.3 

2.13    Per fokker zijn maximaal 2 nesten per jaar toegestaan ongeacht het aantal geboren puppy’s.

3.     WELZIJNSREGELS (Artikel VIII.1 KR).

3.1.      Een teef mag niet worden gedekt vóór de dag waarop zij de leeftijd van 24 maanden heeft bereikt.

3.2.      Een teef, waaruit niet eerder pups zijn geboren, mag niet worden gedekt na de dag waarop zij de leeftijd van 60 maanden heeft bereikt.

3.3.      Een teef, waaruit eerder pups zijn geboren, mag niet meer worden gedekt na de dag waarop zij de leeftijd van 96 maanden heeft bereikt.

3.4.     Een teef mag niet meer worden gedekt na de dag waarop haar vierde nest is geboren.

3.4.1  (het aantal pups speelt daarbij geen rol) 

3.5.Een teef mag niet worden gedekt als deze dekking tot gevolg heeft dat tussen de geboortes van twee opeenvolgende nesten van deze teef geen termijn van tenminste 12 maanden zit. 

4. GEZONDHEIDSREGELS.

4.1.      Gezondheidsonderzoek (screening) ouderdieren: preventieve screening van ouderdieren moet, als het gaat om door de Raad van Beheer opgestelde en/of goedgekeurde geprotocolleerde onderzoeken plaatsvinden door deskundigen die erkend zijn door de Raad van Beheer conform de door de Raad van Beheer voor deze onderzoeken opgestelde en/of goedgekeurde onderzoeksprotocollen.

4.2.      Verplicht screeningsonderzoek.

Op basis van wetenschappelijk onderzoek zijn geen gezondheidsproblemen binnen het ras vastgesteld. In het kader van de preventie van erfelijke afwijkingen de ouderdieren vóór de dekking onderzocht worden op:

Erfelijke oogafwijkingen (een uitslag is 1 jaar geldig) Beide ouderdieren dienen vrij  te zijn van PRA en Cataract (uitgezonderd seniele cataract en cataract veroorzaakt door een trauma van buitenaf) In geval van andere oogafwijkingen is dit ter beoordeling van het bestuur. Bij het bereiken van de leeftijd van 8 jaar vervalt de noodzaak van het onderzoek.

PRA rcd-4, Progressive Retinal Atrophy rcd-4 (DNA-onderzoek) De volgende combinaties zijn niet toegestaan: PRA rcd-4 lijder x PRA rcd-4 lijder, PRA rcd-4 drager x PRA rcd-4 lijder. De combinatie PRA rcd-4 drager x PRA rcd-4 drager wordt afgeraden.

Heupdysplasie (H.D.)

4.2.1.    Aanbevolen onderzoeken.

Gewenst is om op Hypothyroïdie via T4 en TSH te testen.

4.3.      Aandoeningen:

Er mag alleen met gezonde honden worden gefokt. Met honden die lijden aan een of meer van onderstaande aandoeningen mag niet worden gefokt.

- H.D.  “D” en “E”. De combinatie HD C X HD C is niet toegestaan.

- Dienen vrij  te zijn van PRA en Cataract (uitgezonderd seniele cataract en cataract veroorzaakt door een trauma van buitenaf) In geval van andere oogafwijkingen is dit ter beoordeling van het bestuur.

- Epilepsie

- Kaak- of Gebitsafwijkingen

- Geboren met persisterende Ductus Botalli (sluitingsdefecten)

- Portosystemische shunt (levershunt)

- Hypothyroïdie (schildklier aandoening)

- EPI (pancreas afwijking)

 - (mogelijk) erfelijke auto immuunziekte

4.3.1. Aan directe verwanten van honden met één  van de bovengenoemde  erfelijke afwijking zullen beperkingen voor hun inzet worden opgelegd door de vereniging.

4.3.2.  Combinaties van kort- , knikstaart of staartloos geboren honden zijn  niet toegestaan.

4.4.      Diskwalificerende fouten: met honden met één of meer van onderstaande diskwalificerende fouten  (volgens de rasstandaard) mag niet worden gefokt. 

Bij reuen dienen twee normaal ontwikkelde testikels in het scrotum te zijn ingedaald.

5. GEDRAGSREGELS.

5.1.        Karaktereisen: beide ouderdieren moeten voldoen aan de karaktereisen zoals die in de rasstandaard zijn beschreven.

5.2       Voor dit ras is een verplichte gedragstest niet van toepassing.

Als een buitenlandse reu wordt gebruikt, gelden de regels zoals deze door de Raad van Beheer in overleg met de rasvereniging zijn vastgesteld en schriftelijk zijn vastgelegd in het Verenigingsfokreglement.

5.3      Uitgesloten zijn honden met overmatige angst, agressie of nervositeit.

5.4       Op de inventarisatiekeuring van de vereniging zal de hond tevens getoetst worden op zijn gedrag. Bij angst- of  bijtgedrag wordt er door de keurmeester(s) een negatief fokadvies gegeven, inhoudende een “onvoldoende” als eindoordeel.

6. WERKGESCHIKTHEID.

6.1 Voor dit ras is een verplichte werkgeschiktheidtest niet van toepassing.         

7. EXTERIEURREGELS.

7.1.     Kwalificatie: beide ouderdieren moeten minimaal 2 keer hebben deelgenomen aan een door de Raad van Beheer en/of FCI gereglementeerde expositie  en daar minimaal de kwalificatie Zeer Goed bij 2 verschillende keurmeesters op elke expositie te hebben behaald.  

7.1.1 Het vorige lid geldt voor ouderdieren boven de leeftijd van 15 maanden. 

7.2.     Fokgeschiktheidskeuring: beide ouderdieren moeten minimaal 1 keer hebben deelgenomen aan een fokgeschiktheidskeuring (inventarisatiekeuring) georganiseerd door de rasvereniging en daar minimaal de kwalificatie “voldoende”  rastype hebben behaald.

7.2.1.  Deze inventarisatie keuring kan in het geval van een “onvoldoende” waardering één maal worden herhaald. 

7.3      De fokgeschiktheidskeuring mag vervallen mits de hond 3 maal een Uitmuntend gehaald heeft onder 3 verschillende keurmeesters boven een leeftijd van 15 maanden. 

7.4.     Ouderdieren waarvan de eigenaar geen lid is van het Polski Owczarek Nizinny Verbond Nederland en derhalve niet beschikken over een inventarisatie uitslag van de verenging dienen een extra kwalificatie Zeer Goed te behalen zoals omschreven in artikel 7.1. In het land van vestiging van de eigenaar. 

8. REGELS AFGIFTE PUPS, WELZIJN PUPS.

8.1.        Ontwormen en enten: de fokker draagt zorg voor het deugdelijk ontwormen en inenten van de pups volgens gangbare veterinaire inzichten en voor een volledig door de dierenarts ingevuld en ondertekend Paspoort voor Gezelschapsdieren. De pups dienen bij aflevering adequaat ontwormd te zijn en zij dienen voorzien te zijn van een unieke ID transponder.

8.2.        Aflevering pups: de pups mogen niet eerder worden afgeleverd dan op de leeftijd van 7 ½ weken. Tussen de eerste enting en de overdracht aan de nieuwe eigenaar moeten minimaal 7 dagen zitten.

8.3.        De moederhond dient voldoende ruimte te hebben om zich in de kraamkamer te verplaatsen, haar behoefte buiten het nest te kunnen doen en een mogelijkheid te hebben tot een ligplaats buiten het bereik van de pups.

8.4.        Socialisatie: Er moeten voldoende maatregelen genomen worden om zorg te kunnen dragen voor een goede socialisatie van de pups.

8.5.        De nestomgeving dient te voldoen aan de minimale criteria.

8.6.        Er moeten voldoende mogelijkheden aanwezig zijn om loopse teven scheiden van de reuen.

De conditie van de aanwezige honden moet als “goed “ te beoordelen zijn.

9. SLOT- EN OVERGANGSBEPALINGEN.

9.1.     Dit reglement is niet van toepassing op nesten die geboren worden uit een teef gedekt op of voor de dag waarop dit reglement in werking treedt.

9.2.     Gezondheidsuitslagen, exterieur-, gedrags- en/of werkkwalificaties die zijn afgegeven en/of voor de inwerkingtreding van dit reglement hebben plaatsgevonden, worden geacht onder de werking van dit reglement te zijn inbegrepen.

9.3.     In bijzondere gevallen kan de vereniging bij een besluit met betrekking tot het toestaan van een bepaalde combinatie afwijken van dit VFR, indien de belangen van het ras daardoor worden gediend. Een besluit op basis van dit lid wordt met redenen omkleed naar de leden van de vereniging gecommuniceerd.

9.4      Leden van de vereniging dienen zich schriftelijk aan te melden als fokker dan wel als dekreu-eigenaar bij het bestuur van de vereniging. Deze leden moeten tenminste 12 maanden lid van de vereniging zijn. Publicatie van de aangesloten fokkers en dekreu-eigenaren vindt plaats op de website van de vereniging.

9.5      De fokker meldt de dekking binnen één week d.m.v. het door de vereniging verstrekte dekaangifte formulier aan het bestuur, inclusief een kopie van de onder 5.1 genoemde uitslag. Indien een reu is gebruikt van buiten de vereniging moet de fokker tevens kopieën van de stamboom, van de geldige H.D.- en Oogonderzoeken, en van een extra exterieurbeoordeling conform het gestelde in de artikelen 7.1 en 7.3 toevoegen.

9.6       De fokker meldt eveneens binnen 2 weken aan het bestuur het aantal geboren pups en het geslacht met het door de vereniging verstrekte geboorteaangifte formulier.

9.7       De verenigingsformulieren t.b.v. dek- en geboorteaangifte dienen volledig ingevuld en ondertekend te zijn. Voor het verkrijgen van stambomen is melding via een dek- en geboorteaangifte formulier van de Raad van Beheer benodigd.

9.8       De eigenaar van de betrokken reu geeft met de hierboven genoemde verstrekte gegevens tevens zijn toestemming tot dekking.

9.9       Indien een of beide ouderdieren niet of niet geheel voldoen aan de gestelde voorwaarden komt het nest niet in aanmerking voor pupinformatie en het verenigingscertificaat.

9.10    De Algemene Vergadering stelt in overleg met de fokkers en dekreu-eigenaren de richtprijs voor een pup, pup-afdracht aan de vereniging en de dekreu-bijdrage vast.

9.11    De fokker/dekreu-eigenaar verplicht zich alle gegevens te verstrekken die nodig zijn voor het adequaat beheren van het database bestand van de vereniging. Hieronder vallen o.a. de gegevens van het dekken, geboortebericht en het nestregistratie formulier.

9.12    Jaarlijks publiceert het bestuur een gedetailleerd overzicht van de nesten welke wel- of niet voldaan hebben aan het bepaalde in dit fokreglement, en van de geregistreerde teven welke hieraan voldoen en de leeftijd van 8 jaar nog niet hebben bereikt.

9.13    Fokkers/dekreu-eigenaren welke voldoen aan de bepalingen in dit reglement hebben toegang tot het database bestand van de vereniging binnen de daarvoor geldende regelgeving.

9.14    Ten behoeve van de herplaatsingen en het database bestand kent de vereniging afzonderlijke reglementen.

9.15    Pupinformatie.

Belangstellenden in het ras krijgen informatie betreffende aanwezige of verwachte pups voor zover bij de totstandkoming van het nest aan dit reglement is voldaan. Deze informatie wordt tevens vermeld op de website van de vereniging onder de rubriek “dek- en geboorteberichten”.

Pupinformatie wordt verstrekt over nesten welke voldoen aan dit fokreglement en waarvan de fokker tenminste 6 maanden lid is van de vereniging.

Indien verstrekking van pupinformatie wordt gewenst dient dit binnen 2 weken na de geboorte te worden gemeld bij het bestuur van de vereniging.

Indien er bij de fokker gelijktijdig nog een nest aanwezig is dat niet voldoet aan de in dit reglement gestelde voorwaarden, worden voor geen van de nesten certificaten verstrekt, noch pupinformatie of overige mededelingen aan derden verstrekt.

De pupinformatie heeft slechts een informatief karakter. Alle aansprakelijkheid wordt daarom door de rasvereniging afgewezen.

9.16 Koopcontract

De verkoop van de pups zal schriftelijk worden vastgelegd door middel van een koopovereenkomst.

Voor het fokken blijft de fokker enig verantwoordelijke.

De rasvereniging draagt voor de totstandkoming van het nest en de pups geen verantwoordelijkheid.

De rasvereniging speelt geen bemiddelende rol bij het tot stand komen van de koopovereenkomst. Alle aansprakelijkheid wordt daarom door de rasvereniging afgewezen. 

9.17 Verenigingscertificaat

Leden van het Nizinny Verbond verplichten zich de regels van dit fokreglement in acht te nemen. Wanneer hieraan voldaan wordt komen de pups in aanmerking voor het verenigingscertificaat.

Het treedt niet in de plaats van de door de Raad van Beheer uitgereikte stamboom.

Ten aanzien van de kwaliteit en/of later optredende gebreken van de nakomelingen aanvaardt de vereniging geen aansprakelijkheid. 

9.18 Sanctiebepalingen

Het is verboden bij aanvraag-, aanmeldings-, inschrijvingsprocedures en alle overige regelingen die in dit reglement zijn opgenomen, onjuiste gegevens te verstrekken of om gegevens te verzwijgen.

Hij die het gestelde in het voorgaande artikel of enig ander artikel van dit reglement overtreedt kan door het bestuur een van de volgende sancties opgelegd krijgen:

- een berisping

- het niet verstrekken van verenigingscertificaten

- uitsluiting van pupinformatie voor een of meerdere malen

- opzegging van het lidmaatschap door de vereniging conform de statuten

- ontzetting uit het lidmaatschap conform de statuten

- tijdelijke of blijvende diskwalificatie van zijn persoon

- tijdelijke of blijvende diskwalificatie van een of meer van de honden waarvan hij eigenaar is

Alle opgelegde sancties worden vermeld in het verenigingsblad. Het bestuur zal de maatregelen schriftelijk en gemotiveerd aan de betrokkenen mededelen en verantwoording hierover afleggen aan de Algemene Vergadering.

Beroep tegen een opgelegde sanctie is mogelijk conform regelgeving in de Statuten en het Huishoudelijk reglement van de vereniging.

Gedurende de termijn waarin het beroep tegen een opgelegde disciplinaire maatregel loopt, is het betreffende lid geschorst. 

9.19 Algemeen       

De fokker, die in aanmerking wil komen voor een Stamboomcertificaat voor zijn fokproducten dient zich schriftelijk akkoord te verklaren met, en te handelen naar, de bepalingen die zijn vastgesteld in dit reglement. Tevens dient de stamboomprocedure van de Raad van Beheer gevolgd te worden. Het niet volgen daarvan kan niet leiden tot enige aansprakelijkheid van de rasvereniging

De fokker en de dekreu-eigenaar dienen, gevraagd en ongevraagd, de bij hen beschikbare en bekende gegevens te verstrekken die van belang zijn voor de fokkerij. Zij dienen zich schriftelijk akkoord te verklaren met registratie van deze gegevens en verstrekking daarvan vanuit deze registratie aan belanghebbende derden. Alle aan de vereniging gerichte correspondentie dient, wanneer ondertekening is vereist, per aangetekende post aan het bestuur toegezonden te worden.

De verantwoordelijkheid voor het fokken en afleveren van pups ligt uitsluitend en alleen bij de fokker. De Rasvereniging evenals de Raad van Beheer aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid ten aanzien van eventuele gebreken bij de pup, betrokken van een fokker. Ook als deze zich houdt aan het bepaalde in dit fokreglement en beschikt over een vereniging 

10   INWERKINGTREDING.

Dit Verenigingsfokreglement  treedt in werking op 1 januari 2018, nadat het reglement is goedgekeurd door het bestuur van de Raad van Beheer conform de artikelen 10 HR en VIII. 5+ 6 KR.

Aldus vastgesteld door de Algemene Ledenvergadering van het Polski Owczarek Nizinny Verbond Nederland op 9 april 2017.

 De voorzitter,                                                                De Secretaris
 W. van Waardenburg                                                   I. Buyvoets

Uitleg driegeneratie regel:

Soms vragen fokkers zich af of de combinatie van reu en teef, die zij op het oog hebben, wel voldoet aan deze nieuwe regel. Deze regel, ook wel de drie generatieregel, houdt in dat een combinatie niet is toegestaan indien er in de stamboom, welke bestaat uit drie voorafgaande generaties van de reu één of meerdere dezelfde voorouders voorkomen als in de stamboom van de teef. Door deze regel toe te passen is het zeker dat vier generaties niet aan elkaar verwant zijn. De vereniging heeft deze regel toegepast om de gezondheid van het ras te verbeteren door de inteelttoename van het ras te verlagen
Het is niet moeilijk om te bekijken of een combinatie van ouderdieren voldoet aan de toevoeging in artikel A.2.1.
U neemt de stambomen van zowel de reu als die van de teef (van de beoogde combinatie) en legt deze naast elkaar. Op de stamboom van de teef mogen niet dezelfde voorouderdieren voorkomen als op die van de reu.
Voorbeeld: op de stamboom van de teef staat als voorouderdier 4 maal de reu ‘Bas’. Op de stamboom van de beoogde partner staat ‘Bas’ niet als voorouder.
Deze combinatie voldoet aan de eisen in artikel 2.1.